Chemische en Biologische Wapenconventies

Samenvattingen van rapportage van Scott Spence (door Irna van der Molen) 
en van Fiona Tregonning (door Johan van Klinken)

Pugwash organiseert jaarlijks twee belangrijke workshops over de implementatie van conventies voor beheersing van chemische en biologische wapens; één in Nederland over de chemische en één in Zwitserland over de biologische aspecten. Zeker na Twin Towers en na de inval in Irak is het van actueel belang dat Pugwash deskundigen zich constructief met deze urgente problematiek bezig houden. Hier volgen verslagen van de bijeenkomsten in Oegstgeest (26-27 april 2003) en in Geneve (8-9 Nov 2003). Beide workshops liepen parallel met het Harvard Sussex Programma over inperking van deze wapens.

Chemische Wapen Conventie (CWC)

De bijeenkomst over chemische wapens, die plaatsvond op 26-27 april in Oegstgeest, werd georganiseerd door Jan Medema van Pugwash Nederland met medefinanciering door de Nederlandse overheid en door de Duitse fa. Blücher Gmbh. Er waren 46 deelnemers uit 20 landen. De bijeenkomst richtte zich op: bedreigingen door nieuwe chemicaliën, ‘non-lethal’ oorlogvoering, aantijgingen van obstructie, en verder op toepassingscriteria en wetgeving binnen het strafrecht.

De bijeenkomst in Oegstgeest werd gehouden voorafgaand aan de ‘CWC Review Conference’ (28 april tot 9 mei) in Den Haag, waar recente ontwikkelingen binnen de Organisation for Prohibition of Chemical Weapons (OPCW) aan de orde kwamen. De vervolgconferentie richtte zich op het formuleren van standpunten voor vernietiging van chemische wapens, op terrorismebestrijding en het vormen van een wetenschappelijk adviesbureau (Scientific Advisory Board; SAB).

Rechtshandhaving en wegenkaart…
Ook al moest geconstateerd worden dat rechtshandhaving een moeilijk onderwerp is waar handel, industrie, overheden en niet-gebonden staten een rol in spelen, tegelijkertijd is duidelijk dat het CWC-werk wel zijn vruchten heeft afgeworpen. Verdachte regimes voelen zich behoorlijk onder druk gezet door alle aandacht voor de CWC.

De OPCW-conferentie resulteerde in een 134-paragrafen lang document dat door deelnemers werd beschreven als een wegenkaart die richting geeft m.b.t. de voortgang van de CWC voor de komende 5 jaar.

Biologische Wapen Conventie (BWC)

De BWC verbiedt de ontwikkeling, productie en opslag van bacteriologische en giftige wapens en richt zich op de vernietiging en ontmanteling van deze wapens. Belangrijke thema’s waren: a) nationale maatregelen om de BWC bepalingen uit te voeren, b) nationale maatregelen voor beveiliging tegen ziekteverwekkende micro-organismen en giftige stoffen, c) het versterken van internationale capaciteit om te reageren op vermeend gebruik of verdachte uitbraken; het versterken van nationale en internationale inspanningen om infectieziektes op te sporen en te bestrijden; d) gedragscodes voor wetenschappers, en e) vervolgtrajecten. De deelnemers identificeerden tevens een aantal uitdagingen m.b.t. de implementatie van de Conventies over Chemische en Biologische Wapens.

De Pugwash deelnemers benadrukten het belang van nationale wetgeving. Implementatie van de Conventie is niet een wettelijke verplichting en ligt ook verschillend bij de proliferatie van chemische en biologische wapens. Staten met een biotechnologische infrastructuur hebben in het algemeen relevante wetgeving geformuleerd.

Het Internationale Rode Kruis (ICRC) gaf een overzicht van haar activiteiten op het terrein van biotechnologie, bewapening en humaniteit met een oproep (Montreux, 25-11-2002) tot naleving van de internationale humanitaire juridische normen ter voorkoming van agressief gebruik van potentieel gevaarlijke biotechnologie. De oproep richt zich tot de wetenschappelijke en medische gemeenschap om samen met industriële en de maatschappelijke organisaties te zorgen dat potentieel gevaarlijke biologische stoffen en de kennis daartoe onder effectieve controle komen te staan.

Internationale Criminalisering van Chemische en Biologische Wapens (CBW)

Er werd eveneens verslag gedaan van de laatste maatregelen m.b.t. een ontwerp-conventiedie individuen verantwoordelijk wil stellen voor schendingen van de Conventie m.b.t. Chemische en Biologische Wapens. De conventie beoogt een verplichting van landen om desbetreffende misdaden te definiëren in hun binnenlandse wetgeving. Daarnaast verplicht het overheden om jurisprudentie bij te houden over zulke misdaden, zelfs wanneer ze niet gepleegd werden binnen hun grenzen of door één van hun onderdanen. Of statutaire implementatie nodig wordt geacht, is afhankelijk van het constitutionele regime van elke staat.

In een vervolg bijeenkomst van Statelijke Partijen (10-14 november 2003) werd gesteld dat alle nationale overheden hun wetgeving voor implementatie moeten herzien ter beveiliging tegen ziekteverwek­kende micro­-organismes en giftige chemicaliën. Nationale ontwikkelingen kunnen gerapporteerd worden ter versterking van onderling vertrouwen (confidence-building measures). Twee specifieke onderwerpen die verdere aandacht behoeven, zijn: a) versterking van de internationale capaciteit om te reageren op vermeend gebruik of op verdachte uitbraken en b) het versterken van nationale en internationale inspanningen voor toezicht en bestrijden van infectieziektes.

Gedragscodes

In 2005 zullen gedragscodes centraal aan de orde komen voor wetenschappers, maar ook voor vertegen­woordigers van NGO’s, industrie en private sectoren die zich bezig houden met biotechnologie. Verscheidene voorstellen voor gedragscodes konden reeds worden vermeld: die van het ICRC, van de Royal Society (UK) en van NGO’s die zich bezighouden met biotechnologie en milieu.

Inzet van niet-dodelijke CBW wapens

Eén verslag van de Pugwash-workshop richtte zich op de dreiging van niet-dodelijke CBW wapens. Een grootschalige CBW-inzet door een staat werd onwaarschijnlijk geacht vanwege de enorme consequenties. Wat wel als reëel gevaar werd gezien, was a) een escalatie in oorlogsgebieden, b) het eigenbelang van hen die chemicaliën ontwikkelen voor oorlogsvoering en c) verlies van vertrouwen in het CWC regime bij mogelijkheden van bedrog en daaraan gerelateerde onenigheden over verificatie. Daarom is er slechts een duidelijke lijn: ‘geen giftige stoffen in oorlogsvoering’. 

Laat een bericht achter